Wat is genetica?
Genetica of erfelijkheidsleer is de biologische wetenschap die erfelijkheid beschrijft en verklaart. Het inzicht dat levende wezens eigenschappen van hun ouders erven, wordt al duizenden jaren gebruikt bij het kweken van gewassen en fokken van dieren. Door dieren met bepaalde eigenschappen met elkaar te kruisen, zijn diverse rassen ontstaan.
Genetica kan ook worden gebruikt voor bijvoorbeeld het fokken op kleuren, patronen of uiterlijke kenmerken, maar ook om genetische afwijkingen te zoeken die de kans op bepaalde ziektes kunnen verkleinen.
Genetica en rasstandaard
Belangrijk bij het fokken van Maine Coons is dat deze aan de rasstandaard voldoen.
Het doel moet zijn; de verbetering van het ras. Je moet kijken naar de zwakke punten van de poes; wat zijn de zwakke punten en welke zwakke punten zou je willen en kunnen verbeteren bij de kittens? Vervolgens moet je een passende kater zoeken die de zwakke punten opheffen. Om te onderzoeken wat de zwakke punten van je kat zijn, kun je bijvoorbeeld met het dier naar een show gaan. De keurmeester zal dan aangeven wat de goede en minder goede punten van de kat zijn.
Genetica en fokken
Door te kijken naar de genetische “handtekening” van de ouderdieren, kun je de uitkomst al een beetje voorspellen. De kleur van de ouders bepalen welke kleuren de kittens kunnen krijgen. De genen die de kat draagt (en dus niet zichtbaar zijn) bepalen of de kittens bijvoorbeeld tabby of solid kunnen worden, verdund (blauw of crème) kunnen worden, wel of niet met zilver kunnen zijn en wel of niet met wit kunnen zijn. Voor veel van deze eigenschappen zijn bij laboratoria testen beschikbaar, dus bij twijfel over een kleur of eigenschap van een kat waarmee je wilt gaan fokken is het raadzaam om de kat te laten testen. Dit kan eenvoudig met een swab van het wangslijmvlies.
De wetenschap is constant bezig om via het DNA genetische afwijkingen te zoeken die de kans op bepaalde ziektes kunnen vergroten. Ook voor de Maine Coon zijn er afwijkende genen gevonden die de kans op een bepaalde ziekten vergroten. Er zijn diverse laboratoria die voor elk ras de actuele DNA testen op erfelijke ziekten hebben waarop getest kan worden. Hierbij wordt getest op relevante erfelijke aandoeningen behorende bij het ras. Voordat je gaat fokken, moet je de kat eerst laten testen op de erfelijke aandoeningen die relevant zijn voor het ras. Hierdoor kun je voorkomen dat je lijders van bepaalde ziektes creëert.

Wat is inteelt?
Inteelt is een wetenschappelijk begrip van het verparen binnen een soort of ras van nauw aan elkaar verwante dieren. Inteelt vergroot de kans dat het nageslacht problemen gaat ondervinden van recessieve allelen. Inteelt leidt over het algemeen tot een verminderde genetische variatie van populaties. Elk gen bestaat uit twee allelen: één van de vader en één van de moeder. Door inteelt toe te passen is de kans groter dat het nageslacht per gen twee exacte dezelfde allelen krijgt van de ouders. Hierdoor leidt inteelt tot een vernauwing van de genenpool.
Bij het fokken van dieren wordt inteelt gebruikt om gewenste uiterlijke eigenschappen of karaktereigenschappen te behouden en te versterken. Wanneer bij een dier een eigenschap als wenselijk beschouwd wordt, wordt een dier dat deze eigenschap heeft vaak verpaard met een naaste verwante (vader/moeder, broer/zus, neef/nicht) om in de nakomelingen deze eigenschap terug te zien.
Aanvankelijk gebeurde dit onbewust doordat mensen slechts dieren met de gewenste eigenschappen wilden hebben en daardoor ook familie lieten voortplanten. Eigenschappen die gewenst waren, waren bijvoorbeeld gehoorzaamheid bij honden, melk- en vleesopbrengst bij vee, gehoorzaamheid in het algemeen. Later werd hier bewust mee gefokt en ging men bij rashonden- en katten ook op andere eigenschappen fokken die mensen leuk of schattig vonden. Het nadeel is dat niet alleen de gewenste eigenschappen versterkt worden, maar ook de ongewenste. Hierdoor kunnen genetische ziekten en gebreken plotseling aan het licht komen. Ook wordt er zo gefokt op eigenschappen die mensen mooi vinden, maar ook invloed hebben op de gezondheid van het dier. Een voorbeeld hiervan zijn de korte snuiten bij de Franse Bulldog en de Pers, of de vouworen bij een Scottisch Fold, die feitelijk een bindweefsel ziekte hebben.
Aangezien niet alleen de gewenste eigenschap zich manifesteren, maar ook negatieve eigenschappen, is het zaak om snel een groot aantal dieren te fokken en een strenge selectie uit te voeren op ongewenste eigenschappen. Deze selectie heeft dan de vorm van het uitsluiten voor verdere fok.
Ben je nieuwsgierig geworden naar meer informatie over deze onderwerpen? Wordt dan nu lid van onze club en vindt alle informatie over deze en andere onderwerpen.


